Natuurpark Saar-Hunsrück: natuur

Natuur

Genieten van het landschap….dieren en planten zien. De natuur heeft in de loop der jaren, als een beeldhouwer bizarre rotsformaties, diep uitgesneden rivierdalen en schilderachtige landschappen gecreëerd in het natuurpark. De land- en wijnbouw drukken hun stempel op het landschap, vooral op de vruchtbare bodem in de rivierdalen en op de hoogvlakten van de Saarstreek. Uitgestrekte bossen van dennen, beuken en eiken bedekken de hoogtes. Door de eeuwenlange exploitatie van de mens is er een divers en afwisselend cultuurlandschap gevormd.

 

Flora

Door de vestiging van de mens is in het bijzonder vooral de plantengroei ingrijpend gewijzigd. Dit betreft zowel de verschijningsvorm van de planten als de samenstelling van de verschillende soorten. Het overgrote gedeelte van het natuurpark geeft als natuurlijke vegetatie bos te zien, die vandaag de dag nog te vinden is op de heuvelruggen, waarin kwartsiet aangetriffen is. Het Saardal, waar de hellingen voor de wijnbouw en de valleibodems voor weilanden gebruikt worden, vormt een ander landschap. Op de bergplateaus van de Saarstreek, die vooral uit schelpkalk bestaan, wordt de bodem intensief gebruikt voor akkerbouw.
 

Fauna

Het natuurpark Saar-Hunsrück is het leefgebied voor heel veel inheemse dieren leefvrijheid: zoogdieren zoals herten en wilde zwijnen, marters, vossen, dassen, bevers en vleermuizen maar ook voor de zeldzame wilde kat, die in het natuurpark Saar-Hunsrück veel voorkomt. Bovendien herbergt het natuurpark Saar-Hunsrück een aantal zeldzame maar belangrijke vogelsoorten waaronder 29 soorten, die op de rode lijst van bedreigde dier- en plantensoorten staan. Onder de reptielen zijn de ringslang, de gladde slang, de kam-, de vinpoot-, de alpenwater- en de gladde watersalamander en ook de trage worm inheems. Amfibieëen (vuursalamanders, kam-, vinpoot-, alpenwater- en gladde watersalamanders, de vroedmeesterpad, vuurbuikpad, de gewone pad, de rugstreeppad en ook de groene en de bruine kikker) zijn vooral in de valleien aan te treffen.
 

Geologie

Als hoogland en als een deel van het zuidwestelijk Rijnlandse leisteengebergde rijst de Hunsrück tussen de Wittlicher vallei in het noordwesten en het Saar-Nahe-bekken in het zuidoosten op. In het noordoosten gaat hij over in de Taunus en in het zuidwesten duikt hij stijl af in de richting van de Parijse schotel. In het gebied van het natuurpark komt gesteente voor uit de geologische tijdperken, Paleozoïcum, Mesozoïcum en Cenozoïcum en uit het Tertiair en Quartair. De oudste gesteentes zijn deel van een kristallijn en oergebergte, dat onder een paar duizend meter dik afzettingsgesteente uit het Devoon ligt. Voor het onstaan van het huidige landschap zijn met name de verschuivingen in de tectonische platen in het tijdperk van het Tertiair en Quartair verantwoordelijk, die ook verband houden met het oprijzen van de alpen.
 

Blokhellingen

Blokhellingen zijn natuurlijke rotsformaties, die onder invloed van verwering en vorst ontstaan zijn. In de ijstijd was de bodem permanent bevroren. Overdag ontdooide de bodem door de zonnestralen en ’s nachts bevroor ze weer. Deze permanenten klimaatveranderingen veroorzaakte een verweringproces, dat kenmerkend is voor hetTaunus kwartsiet in de westelijke Hunsrück. De afgespleten gesteentes kwamen weer bijeen op de vlak glooiende hellingen of aan de voet van de helling. Typische voorbeelden hiervan zijn de „Mörschieder Burr“, de „Rosselhalde“ of de „Silberich“ op de Wildenburger bergkam en er zijn er nog veel meer.
 

Klimaat

De klimatologische omstandigheden in het natuurpark Saar-Hunsrück worden gekenmerkt door de situatie binnen de sub-tropische westenwindzone. Bovendien profiteert die regio van de golfstroom, die langs de europese westkust loopt. Deze is verantwoordelijk voor een veel milder klimaat dan dat eigenlijk voor deze breedtegraad normaal is. Klimatische kuuroorden in het natuurpark Saar-Hunsrück zijn in Nonnweiler, Orscholz en er is het Kneipp-kuuroord Weiskirchen.
 

Bos

Het natuurpark Saar-Hunsrück is gekenmerkt door een bovengemiddelde hoeveelheid bossen (ongeveer 47% van het totale natuurgebied). Afhankelijk van de oorsprong van de bodem en de klimatische omstandigheden ontstaan verschillende bossen. Op de lage gebieden, in de buurt van water en vochtige groeiplaatsen vinden voornamelijk elzenbossen hun oorsprong; op hogere gelegen gebieden veen- en sparrenbossen. Droge, warmere streken zijn begroeid met verschillende varianten van eiken- en berkenbossen. Het grootste gedeelte bestaat echter uit gemengde beukenbossen.
 

Wateren

Het natuurlijke watersysteem in het natuurpark Saar-Hunsrück bestaat voornamelijk uit stromend water (Moezel, Saar, Ruwer, Nied, Nahe, Blies, Oster). Stilstaand water (Riveri stuwmeer, Prims stuwmeer, Steinbach stuwmeer, Keller meer, Losheimer meer en Bostalmeer) komen zelden voor en zijn gedeeltelijk kunstmatig aangelegd. De Saar is het grootste voorbeeld van stromend water, de Nahe is het op één na grootste stromende water. Daarnaast zijn er nog enkele bergbeken in de Hunsrück te noemen zoals: Prims, Riveris, Wadrill, Traun en Idarbach.
terug naar overzicht
background

nl
de en fr